Dit heerlijke Indiase gerecht wordt vaak als ontbijt of snack geserveerd. Of als voorgerecht, maar eigenlijk ieder moment van de dag.
Voor 8 personen
- 100 g urad dahl (zwarte mungboontjes), een nacht in water geweekt
- 50 g verse kokos, fijngeraspt
- 2 teentjes knoflook, gepeld en geperst
- met 1 tl zeezout stukje gember van 1 cm, geschild en geperst
- 2 kleine groene chilipepertjes, zaadjes verwijderd
- fijngesneden 5 verse kerrieblaadjes, gehakt
- 100 g geroosterd wit of rood rijstmeel
- ½ tl bakpoeder
- snufje kurkuma
- snufje chilipoeder
- ½ tl komijnzaad
- 1 tl zeezout
- 1 kleine ui, gepeld en gesnipperd
- 60 ml verse kokosmelk of water
- plantaardige olie voor het bakken
- Yoghurtsaus: 150 g yoghurt en 30 gram geschaafde palmsuiker
Bereiding
Maak eerst de saus. Meng de yoghurt met het palmsuikerschaafsel in een kom en bewaar de saus tot gebruik in de koelkast. Laat de urad dahl uitlekken en vermeng de boontjes in een kom net als de rest van de ingrediënten behalve de uisnippers, kokosmelk en olie. Voeg dan de uisnippers toe. Voeg daarna, beetje bij beetje, de kokosmelk of het water toe, tot het punt dat je er kleine burgertjes van kunt maken. Vorm er balletjes van (ca. 5 cm in doorsnede) en duw ze plat tot je burgertjes hebt van 1 cm dik. Druk met je duim door het midden, zodat je een donutvorm krijgt. Waarom? Zo worden de vadai gelijkmatiger gebakken. Verhit wat olie in een koekenpan op hoog vuur. Bak de vadai goudbruin. Haal ze er met een schuimspaan uit en laat ze uitlekken op keukenpapier. Serveer ze heet met de koude yoghurtsaus.